Drenten willen meedoen aan de energietransitie

27 mei 2020

Drenten willen meedoen aan de energietransitie

Inwoners van Drenthe nemen klimaatverandering serieus. En dat vertaalt zich in actiebereidheid: Drentse inwoners willen graag bijdragen aan energiebesparing en hechten veel waarde aan de sociale energietransitie, waarbij de lusten en de lasten eerlijk worden verdeeld tussen de lagere en hogere inkomens. Drenten vinden het ook belangrijk dat de politiek inwoners betrekt voordat besluitvorming heeft plaatsgevonden.

Dit zijn de belangrijkste conclusies uit een peiling onder de Drentse bevolking naar draagvlak voor de Drentse energietransitie dat is ingesteld door het Drents parlement en de afgelopen maand is gepresenteerd. De Natuur en Milieufederatie Drenthe vindt dat de energietransitie alleen succesvol kan verlopen als er voldoende draagvlak is onder bewoners. Wij omarmen dan ook de conclusies van het onderzoek. Het bevestigt dat we hier ook zelf werk van moeten maken.

We gingen in gesprek over de energietransitie

De afgelopen maand is de Natuur en Milieufederatie Drenthe zelf ook het gesprek aangegaan met haar achterban. Dat deden we samen met de Drentse Koepel van Energie Initiatieven, de Drentse KEI. Door middel van online vragenlijsten en drie (online) achterbanbijeenkomsten werden belangrijke thema’s besproken. Hoe denken mensen over de Drentse ambitie uit de concept RES? Welke voorwaarden stellen we aan de energietransitie om de impact op ruimtelijke kwaliteit, landschap en natuur te beperken? En hoe willen mensen zelf meedoen in de energietransitie? Dat leverde interessante en geanimeerde discussies op.

Dat de energietransitie impact heeft op de het Drentse landschap was voor de deelnemers aan de bijeenkomsten duidelijk. Maar de vraag waar en hoe we nieuwe initiatieven het beste kunnen realiseren leverde veel discussie op. Wat bedoelen we met landschappelijke inpassing? Hoe kan de energietransitie meerwaarde voor landschap en natuur opleveren? De deelnemers waren niet unaniem in hun antwoorden.

Zon op dak gaat voor

Wat wel duidelijk werd is dat de toepassing van de zonneladder een belangrijk principe moet zijn: eerst alle daken benutten, dan locaties waar de impact op landschap en natuur minimaal is, bijvoorbeeld op bedrijventerreinen. En als er dan toch nog zonneparken in het buitengebied nodig zijn, dan moet het landschappelijk goed ingepast worden, bijvoorbeeld door de aanleg van houtwallen. Er moet ook meerwaarde gecreëerd worden voor natuur, door bijvoorbeeld voldoende ruimte tussen de panelen te garanderen, ook al gaat dit ten koste van de energieopbrengst per hectare.

Meedoen aan de energietransitie

Een andere belangrijke conclusie is dat mensen een stem willen in de energietransitie en mee willen doen. Zeggenschap over de locaties van nieuwe zonneparken en windmolens, zeggenschap over de landschappelijke inpassing en over de inrichting. En ze willen zelf werk maken van de energietransitie: door in hun wijk of dorp concrete plannen voor energiebesparing te realiseren. Of door lid te worden van een energiecoöperatie en zo zelf projecten mede te ontwikkelen.

Met andere woorden: inwoners van Drenthe willen graag meewerken aan de energietransitie. Maar willen dan ook wel kunnen meepraten over hoe dat gaat gebeuren. Er is actiebereidheid: het initiatief moet in Drenthe liggen, bij bewoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties. De Natuur en Milieufederatie en de Drentse KEI gaan zich hier hard voor maken. Door middel van de aanscherping van onze eigen visie en inbreng in het RES proces, maar ook door, samen met de andere maatschappelijke partners, zelf het initiatief te nemen en te zorgen voor goede randvoorwaarden!